Het publiek moet in het middelpunt van de journalistiek komen te staan. In De Nieuwe Lezer leg ik uit hoe iedereen op een redactie hier aan bij kan dragen.
Vragen, opmerkingen of aanvullingen? Stuur mij een mailtje op sophie.vanoostvoorn@gmail.com.
“Fundamentally, people will use media that help them be who they want to be, do what they want to do, and showcase a version of who they are and of what they do that they like. “
- Rasmus Kleis Nielsen
Het vertrouwen of wantrouwen in of de betrouwbaarheid van de journalistiek. Het blijft een dingetje. Deze week las ik met interesse de column Complotten? Journalisten moeten in de spiegel kijken van NRC-collega Wouter van Noort. Daarin deed hij een oproep aan het journaille om openbaar reflecteren op hun verslaggeving van de afgelopen tijd, omdat het gebrek aan transparantie de alternatieve media in de kaart speelt.
Ik ben er nog niet helemaal over uit of ik het eens ben met de tweede bewering. Zoals ik het zie, is er zo gigantisch veel informatie beschikbaar online. Voor nieuwsconsumenten is het misschien niet altijd even makkelijk om precies te achterhalen hoe betrouwbaar informatie is. Wellicht onderscheiden kwaliteitsmedia zich gewoon niet goed genoeg van alle andere websites, waardoor er vragen komen over de betrouwbaarheid van hun informatie.
Stel nu dat je de titels NRC, de Volkskrant, NOS, Trouw en RTL niet goed kent. Hoe moet je dan weten dat ze betrouwbare informatie verspreiden? Wij vertellen vrij weinig over hoe we te werk gaan, dus hoe moeten lezers dat weten?
Voor we daarover verder gaan, wil ik nog even terugkomen op zijn oproep om openbaar te reflecteren op de verslaggeving van de afgelopen tijd: hoe doe je dat? Ik mailde Wouter of hij toevallig goede voorbeelden kende van redacties die dit wel goed doen en hij noemde het voorbeeld van The New York Times die een onderzoekscommissie opzette om de verslaggeving over de Irak oorlog te controleren.
Dat lijkt me, als de coronastof weer een beetje is neer gedwarreld, zeker geen slecht idee om te doen. Niet om mensen aan de schandpaal te nagelen, maar om te onderzoeken of de methodes kloppen, welke bronnen we gebruikt hebben en welke niet en waar we veel of weinig nadruk op hebben gelegd. Nu het coronastof nog vrolijk ronddwarrelt, ga ik een aantal manieren bespreken over hoe we nu meer openheid kunnen geven.
✂️ Do it yourself: Houd jezelf in de smiezen
Persoonlijk ben ik meer van de school: liever voorkomen dan genezen. Dus verantwoording afleggen bij publicatie van het stuk, zodat er niet achteraf gezocht hoeft te worden naar aantekeningen op bierviltjes en bonnetjes.
Om jezelf een beetje in check te houden, kun je de volgende dingen bijhouden:
Wat is het doel van je artikel? Dan gaat het me niet om of je op enigerlei wijze betrokken bent bij het onderwerp (als dat zo is, dan is het wel goed om te signaleren) maar om wat je wil over brengen aan je lezers.
Welke bronnen gebruik je? Ook kun je bijhouden welke bronnen je gebruikt (als achtergrond, maar ook voor quotes) om trends te ontdekken in je eigen verslaggeving.
Om de complotdenkers de wind uit de zeilen te nemen, zou je ervoor kunnen kiezen ook op te schrijven waarover je niet schrijft. Dat klinkt ingewikkelder dan het is. Je kunt nooit een onderwerp van alle kanten belichten, daarom zou je kunnen overwegen om in een kader bij je stuk aanvullende informatie te vermelden. Bijvoorbeeld linken naar de richtlijnen van het RIVM als je een reportage maakt over het openen van de terrassen.
📌 Nice to know: Dit levert transparantie op
Ik schrijf liever over wat redacteuren zelf kunnen doen om hun relatie met lezers te verbeteren, maar vandaag wil ik de resultaten van een project dat de Amerikaanse krant de Coloradoan deed om de lezers meer inzicht te geven in het reilen en zeilen van de redactie door middel van een serie artikelen waarin ze simpelweg uitleggen hoe ze werken.
“If we don’t explain these processes, checks and balances, and ethical principles, why should we expect anyone to blindly trust our work? And even more so, why should we expect anyone to want to support it financially?”
Tot nu toe hebben ze artikelen geschreven over hun missie en hun principes, hoe ze omgaan met correcties, waarom lezers geen gratis toegang krijgen tot hun artikel en welke plannen ze hebben over de verslaggeving over de verkiezingen dit jaar. Vervolgens deelden ze de artikelen, plaatsten ze die prominent op hun website en reageerden ze zoveel mogelijk op vragen en feedback die ze kregen.
En dat leverde op:
Kant en klare antwoorden op vragen: wanneer lezers vragen stellen over hun betaalmuur kunnen ze gelijk het artikel delen met alle uitleg erin.
Ondersteuning van lezers: ze zien steeds vaker dat lezers het voor hen opnemen op sociale media.
Abonnees: de artikelen hebben zeker 100 nieuwe abonnees opgeleverd.
📣 Food for thought: We zijn een stelletje hypocrieten
In zijn column schreef Wouter dat slecht eenderde van de Nederlanders vertrouwen heeft in de pers. Dit is gebleken uit onderzoek van het CBS en eerlijkheidshalve heb ik dat staatje ook wel eens gedeeld. Maar als je gaat zoeken naar meer onderzoeken over het vertrouwen in de pers kom je verrassend veel verschillende percentages tegen:
Dus, we kunnen wel concluderen dat we eigenlijk niet zo goed weten welk percentage van de Nederlanders de pers betrouwbaar vindt. Waarom zouden we ons er dan druk over moeten maken? Omdat we een stelletje hypocrieten zijn.
Voor ik deze nieuwsbrief schreef keek ik de een aflevering van Medialogica terug over de verslaggeving van de afgelopen tijd over het coronavirus. Daarin mopperde Harm Tasselaar, hoofdredacteur van RTL Nieuws, over het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport omdat ze vanwege de drukte geen wob-verzoeken meer behandelde. Hij vindt dat juist in crisistijd het ministerie openheid van zaken moet geven.
Toen brak m’n klomp. Dus wij, de journalisten, mogen er gewoon vanuit gaan dat iedereen ons op onze blauwe ogen gelooft, maar als het ministerie even geen wob-verzoeken behandelt, is de democratie in gevaar. Kom nou toch, als we willen dat de journalistiek een vitaal onderdeel van diezelfde democratie blijft, moeten we ons daarvoor inzetten en laten zien wat onze rol in de democratie is en hoe we die uitvoeren. Anders zijn we geen haar beter dan die ambtenaren in Den Haag.
🙏🏻 Practice what you preach
Zo, das altijd even lekker, een beetje ranten in m’n nieuwsbrief. Lucht zo lekker op, nu ik geen collega’s in de buurt heb om tegen te mopperen.
Dan nog even practicen wat ik preach: in een nieuwsbrief in februari schreef ik al wat mijn meest gebruikte bronnen zijn: met stip op één Nieman Lab. Ook haal ik veel uit de dagelijkse nieuwsbrief van American Press Institute. De laatste tijd lees ik de blog van Jay Rosen met regelmaat en de nieuwsbrief van Trusting News gebruik ik niet zo vaak als bron, maar vind ik wel altijd interssant om te lezen.
Het doel van mijn nieuwsbrief staat in elke editie bovenaan. In de eerste editie van deze brief heb ik het doel iets uitgebreider beschreven en gelukkig klopt het nog steeds.
Iedere zondag zal ik je op een praktische manier vertellen over de nieuwe ontwikkelingen op het gebied van lezers, luisteraars, kijkers, gebruikers, leden en bezoekers van journalistieke platforms.
Waarom De Nieuwe Lezer? Ik denk dat we op een andere manier naar de lezers moeten kijken. Er ontstaat een gat tussen wat de journalistiek doet en wat de lezer wil en de verhoudingen zijn veranderd. De lezer heeft de journalistiek bijvoorbeeld niet meer nodig voor informatie over het nieuws, maar de journalistiek heeft de lezer steeds harder nodig als betalend abonnee.
Zijn er nieuwsbrieven of blogs die jij graag leest en die misschien interessant voor mij zouden zijn? Laat het weten!
⭐️ Vorige edities van De Nieuwe Lezer
⚡️ Dit is de volgende stap in het feedbackloopproject
⚡️ Ik ga een heel tof project doen
⚡️ Schrijf juist ook over het probleem als je de oplossing beschrijft