Het publiek moet in het middelpunt van de journalistiek komen te staan. In De Nieuwe Lezer leg ik uit hoe iedereen op een redactie hier aan bij kan dragen.
“Fundamentally, people will use media that help them be who they want to be, do what they want to do, and showcase a version of who they are and of what they do that they like. “
- Rasmus Kleis Nielsen
Heb je vragen, opmerkingen of aanvullingen over of op deze nieuwsbrief? Mail!
Vorige week was ik in Kopenhagen voor het Wan-Ifra congres en de bijeenkomsten die ik bijwoonde, zetten me aan het denken over de impact van journalistiek.
Op de dag vóór het congres begon, nam ik deel aan een workshop over hoe jongeren nieuws waarderen. Op zondagochtend vertrok ik met twintig collega-journalisten naar het International People’s College (IPC) in Helsingør, ten noorden van Kopenhagen. Het IPC is een internationale Folkeskole waar jaarlijks studenten van over de hele wereld naartoe komen. De dag stond in het teken van het formuleren van nieuwe 'news values', kenmerken waaraan nieuws volgens deze jongeren zou moeten voldoen.
De dag begon met een presentatie van Aslak Gottlieb, een bedenkers van The Newsarcade, een game die de mediawijsheid van jongeren moet bevorderen. Daarna werden de jongeren in kleinere groepjes ingedeeld en moesten ze samen een lijst opstellen van zeven factoren die ertoe leiden dat ze zich betrokken voelen bij het nieuws, of juist het nieuws mijden.
Nabijheid
Over het algemeen waren de zaken die hun nieuwsconsumptie beïnvloedden vrij herkenbaar en ook van toepassing op oudere generaties zoals ik. Wat mij het meest opviel, was hoe anders zij nabijheid ervaren. De wereld ligt aan hun vingertoppen, waardoor nieuws van de andere kant van de wereld soms dichterbij voelt dan lokaal nieuws over bijvoorbeeld verkiezingen in je eigen regio. Een gegeven dat ook wordt bevestigd in dit onderzoek. Een andere factor die de studenten waarderen in nieuws is wanneer het bewustzijn creëert over wat je met het nieuws kunt doen; als het handelingsperspectief biedt.
Nieuws dat de studenten liever vermeden, was nieuws waarvan het grotere plaatje ontbrak of waarin het verhaal maar van één kant werd verteld. Ook ingewikkelde onderwerpen zoals politiek en economie werden gemeden. Het probleem hierbij was dat de studenten de inhoud niet begrepen of niet wisten wat relevant voor hen was. Ook moest de bron van de informatie duidelijk zijn; als dat niet het geval was, lieten ze het links liggen.
Hot tea!
’s Middags gingen de studenten aan de slag met het formuleren van nieuwe news values. Dit bleek nog niet eenvoudig, dus ik sloot me aan bij een groepje om te helpen. Om ze een beetje op gang te helpen vroeg ik ze wat moet nieuws hebben, waar moet het aan voldoen? Een van de studenten antwoordde: hot tea! Voor de ouderen onder ons: hot tea is het equivalent van juicy - ongeveer.
Die vergelijking gebruikten de studenten voor het formuleren van hun nieuwe news values, en zo werd het een menu van warme dranken:
Sensational (hot tea)
Conversational (bubble tea)
Belonging (chai tea)
Trust (chamomile tea)
Necessary (coffee)
Empowerment (espresso)
Grounded (matcha)
Na afloop werden alle news values van de verschillende groepen samengevoegd tot zeven news values in The Copenhagen Criteria.
Nieuwsmijding
Een paar dagen later kwamen de studenten op het congres langs om te vertellen over de nieuwe news values tijdens een sessie over nieuwsmijding. Die sessie begon met een presentatie van Ruth Palmer, een van de auteurs van het uitstekende boek "Avoiding the News" (ga dat boek allemaal lezen!). Een van de belangrijkste dingen die je moet weten over nieuwsmijding is dat consistente nieuwsmijding vooral voorkomt onder minder geprivilegieerde groepen in de samenleving, zoals vrouwen, migranten, mensen met laag cultureel kapitaal en jongeren.
Nieuwsmijding leidt volgens de onderzoekers tot een negatieve feedbackloop. Mensen die consistent het nieuws mijden voelen zich niet betrokken bij maatschappelijke ontwikkelingen; ze hebben het gevoel dat ze er weinig invloed op kunnen uitoefenen. Ze gaan ook vaak niet stemmen, waardoor politici weinig interesse in hen hebben en hun verhalen niet verteld worden in de pers. Dit bevestigt weer hun gevoel van niet gerepresenteerd worden, waardoor nieuws lezen onaantrekkelijk blijft.
Hoe nieuws voelt
In de sessie werd ook besproken wat nieuwsorganisaties kunnen doen om nieuwsmijders tegemoet te komen. Het begint met luisteren, niet met meer journalistiek maken, maar met mensen helpen op de manier die zij nodig hebben. Zoals Rasmus Nielsen (een van de auteurs van het boek) zei: waarom geven journalisten hun publiek wel tips over een vakantie in Toscane of hoe ze hun geld moeten uitgeven, maar zelden praktische tips op maatschappelijk en economisch vlak?
Of we het nu leuk vinden of niet, de rol van emoties en de manier waarop journalistiek bij mensen overkomt, wordt steeds belangrijker voor de waardering van het publiek. Dit is ingewikkeld, want de werkelijke impact van journalistiek meten is lastig. Zolang we dat niet goed doen, blijven we andere dingen meten zoals leesminuten, kliks en engagement op sociale media. Dit zegt werkelijk niets over de impact van journalistiek - positief, negatief of anderszins. Om echt betere journalistiek te maken, moeten we weten wat journalistiek met mensen doet, hoe ze zich erdoor voelen. Want dat is waar journalistiek waarde krijgt: bij mensen, mijders of niet.
De aanbeveling die de auteurs van het boek doen, die ook zeer resoneert bij wat ik van de studenten in Helsingør hoorde, is: reageer op hoe het nieuws voelt. Doordat de link tussen wat het nieuws an sich en wat het betekent voor hun leven zien nieuwsmijders geen reden om nieuws te consumeren dat hen ook nog eens slecht laat voelen. Uiteindelijk doen mensen dingen om twee redenen: omdat ze het moeten doen of omdat ze het willen doen. Hoe kunnen wij nieuwsmijders helpen een van de twee te doen?
Daar ga ik een weekje over nadenken op een strandbedje aan de Italiaanse kust. Op 29 juni slide ik weer in je inbox!