Het publiek moet in het middelpunt van de journalistiek komen te staan. In De Nieuwe Lezer leg ik uit hoe iedereen op een redactie hier aan bij kan dragen.
Vragen, opmerkingen of aanvullingen? Stuur mij een mailtje op sophie.vanoostvoorn@gmail.com.
“Fundamentally, people will use media that help them be who they want to be, do what they want to do, and showcase a version of who they are and of what they do that they like. “
- Rasmus Kleis Nielsen
Ik voel me niet vaak oud. Hoewel ik al akelig in de buurt van de 30 kom, kan ik nog mee met de nieuwste trends en snap ik online dingen. Maar toen ik dit stuk van Teen Vogue las, voelde ik me bejaard, met een been in het graf. Het stuk is ook nog es bijna een jaar oud, dus mochten jullie het allang gelezen hebben: sorry, ik ben niet meer zo vlot, blijkbaar.
In het artikel wordt beschreven hoe en waarom twee Amerikaanse tieners hun eigen nieuwsplatforms beginnen, En nee, dat zijn geen lullige schoolkrantjes, zoals wij vroeger hadden, maar nieuwsbrieven en Instagramaccounts met duizenden abonnees en volgers. En die kids zijn 17 jaar. I kid you not. En de quotes die uit hun mond komen rollen.
“In this day and age, the news is more inflammatory than it is informative.” - Sofia Frazer, oprichter van theCramm
Toen mijn verbazing iets gezakt was, las ik het stuk nog een keer. Want hoe hadden die meiden het nou geflikt om zoveel jongeren te bereiken? Door het bieden van een ‘unbiased point of view of the news’, het aanbieden van notificaties via berichtjes voor de nieuwsbrieven en door ruimte te geven voor discussies. Geen baanbrekende innovaties, als je het mij vraagt, maar dat is kennelijk wat jongeren willen van een nieuwsplatform.
Ze vinden jongeren waar ze zijn
Het is een simpele benadering en deze platforms vinden de jongeren waar ze zijn, op Instagram en WhatsApp. Nu wil ik niet beweren dat Instagram het perfecte platform is voor nieuws, maar voor jongeren wel. Ze zijn duidelijk geïnteresseerd in nieuws, bleek uit het Digital News report van Reuters. Ze luisteren, kijken en lezen een eind weg en vinden het belangrijk om op de hoogte te zijn van wat er gebeurt in de wereld. Ze doen het alleen niet via de geijkte wegen.
Bovendien zijn jongeren goede nieuwsconsumenten: ze zijn kritisch. Ze geloven echt niet alles wat ze lezen. Zo is het vertrouwen binnen deze groep in nieuws via sociale media en zoekmachines is laag. Maar ze vertrouwen de journalisten wel.
Trieste conclusie
Even resumerend: deze twee tieners weten via hun platforms veel jongeren te bereiken met goed geschreven artikelen, ruimte voor discussies en notificaties op maat. En hier is veel vraag naar. Maar de meeste redacties bereiken deze groep niet. Een trieste conclusie.
“We don't have any source to learn about politics and what's going on in the world. We're just expected, when we turn 18, to all of a sudden be able to vote and know who we're going to vote for. It takes time to actually cultivate a political knowledge and standing.” - Anjali Kanda, een van de makers van Instagramaccount @brown.politics
Goed, wat kunnen we hier aan doen? Volgens mij kunnen veel redacties een hoop leren van jongeren en redacties van hen.
Dus nodig ze uit. Bijvoorbeeld zoals de Washington Post dat doet met WSJ Noted. Ze hebben een groep van meer dan 7.000 jonge lezers verzameld die wordt uitgenodigd om artikelen voor publicatie te lezen, feedback te geven en deel te nemen aan Q&A’s met de redacteuren. We hoeven geen petje achterstevoren op te zetten en rond te gaan lopen met een skatebord onder ons arm. We hoeven alleen maar naar de jongeren te luisteren om te horen wat ze van ons nodig hebben.
Misschien is het heel boomer van mij om zo te denken, maar ik zie echt geen andere oplossing.
⭐️ Vorige edities van De Nieuwe Lezer
⚡️ We moeten stoppen met blauwhelmen