Het publiek moet in het middelpunt van de journalistiek komen te staan. In De Nieuwe Lezer leg ik uit hoe iedereen op een redactie hier aan bij kan dragen.
“Fundamentally, people will use media that help them be who they want to be, do what they want to do, and showcase a version of who they are and of what they do that they like. “
- Rasmus Kleis Nielsen
Heb je vragen, opmerkingen of aanvullingen over of op deze nieuwsbrief? Mail!
Allereerst excuses, ik was er onaangekondigd een nieuwsbrief tussenuit. Ik was zo ontzettend verkouden vorige maand dat het snot tussen de ogen klotste en ik niks op papier kreeg. Maar gelukkig is het snot weg en heb ik weer wat leuks gelezen.
Eerst terug naar 2014: ik liep stage bij Het Parool en een van mijn favoriete momenten van de week was de vrijdagmiddagborrel in de keuken van de redactie.Tijdens een van die borrels spraken redacteuren van verschillende generaties over het komen en gaan van verschillende technologieën. Een redacteur die al een hele tijd bij de krant werkte vertelde over hoe de krant in haar begintijd nog letter voor letter gezet werd, een fotoboek kwam op tafel van hoe de krant later bij elkaar geknipt en geplakt werd.
Een andere redacteur vertelde over de tijd dat de eerste computers met internet op de redactie kwamen en hoe zeker in het begin er weinig gebruik van werd gemaakt, want je kon knipsels ook gewoon opvragen bij de dame van het archief. Daar voegde de redacteur aan toe dat door sommigen op de redactie werd ‘dat internet’ ook maar een beetje gezien als een trend die wel weer over zou waaien. Ik verslikte me in m’n biertje.
Deze weken vraag ik me af hoe we terugkijken op deze periode waarin gebruiksvriendelijke AI technologie als ChatGPT en GPT-4 hun intrede deden. Het is evident dat deze techniek, die zich akelig snel ontwikkelt, een rol gaat spelen in de journalistiek van de toekomst. En even tussen ons gezegd: ik ben als de dood dat we straks moeten concluderen dat nieuwsorganisaties niet snel genoeg hebben geanticipeerd op de nieuwe technieken.
Natuurlijk is het goed om met gezonde scepsis naar nieuwe ontwikkelingen te kijken en of ChatGPT het nieuwe Clubhouse blijkt, gaan we de komende maanden merken. Maar laten we wel wezen: een stukje technologie dat sneller informatie uitspuugt dan een gemiddeld mens kan tikken, heeft de potentie om disruptieve invloed te hebben op de journalistiek. Of de informatie nu klopt of niet.
Anticiperen op technologie
Mijn theorie is: als je een nieuwe technologie serieus neemt en goed onderzoekt, kom je er sneller achter of het een bruikbare tool is of een wezenlijke bedreiging voor onze tak van sport. Of, naar alle waarschijnlijkheid, iets er tussenin. Daarom las ik met interesse een onderzoek over hoe mensen anticiperen op nieuwe technologieën waar ze nog geen ervaring mee hebben: Anticipated affordances: Understanding early reactions to new technologies.
Het onderzoek gaat over hoe Noorse docenten in het middelbaar onderwijs reageerden op de mogelijke komst van robot AVI. De robot kan fungeren als de oren en ogen van leerlingen die langdurig thuis zijn van school om de lessen volgen via een internetverbinding. Een positieve, technologische ontwikkelingen zou je toch zeggen. Maar veel docenten waren sceptisch over de robot en het onderzoek gaat in op hoe de vooroordelen het gebruik van de robot beïnvloedden.
Niet geheel verrassend, maar een (vaak negatief) niet-onderbouwd idee over hoe de technologie toegepast zou kunnen worden, leidde tot een negatieve houding ten opzichte van de nieuwe technologische mogelijkheden. In het geval van de robot ging dat vaak over privacy of waren de docenten bang dat de robot de lessen opnam. De makers van de robot hadden hier natuurlijk ook aan gedacht en de privacy was goed beschermd en de robot was niet in staat de lessen op te nemen.
Maar ondanks de maatregelen van de makers bleven de docenten sceptisch. Een manier om de scepsis weg te nemen, was om de technologie top-down in te voeren. Dat klinkt misschien een beetje gek, maar in het onderzoek wordt omschreven dat wanneer een nieuwe technologie wordt omarmd door mensen met macht (ze worden ook wel poortwachters genoemd) de kans een stuk groter is dat de technologie omarmd wordt door de mensen die ‘onder’ hen werken.
Angsten
Kortom, mensen reageren angstig op nieuwe technologieën waarvan de werking nog niet algemeen bekend is. Gelukkig kunnen mensen die wat hoger in de boom zitten bij organisaties helpen om door de technologie te gaan gebruiken de angst weg te nemen. In het geval van redacties en AI-technologie als ChatGPT zou de leiding er wellicht nog beter aan doen om helderheid te scheppen over de technologie: eerst vertellen wat de bedoeling is wat er wel en niet mee gaat gebeuren op basis van eigen onderzoek, alvorens het gebruikt gaat worden. Dat helpt wellicht ook de ideeën over de nieuwe technologie (OMG M’N BAAN STAAT OP DE TOCHT DOOR DAT STOMME CHAT DING) uit de wereld te helpen, zodat het wel gebruikt kan gaan worden.
Ik ben ontzettend benieuwd wat het ons gaat brengen de komende tijd. Volgende week mag ik voor NRC weer naar het International Journalism Festival in Perugia en ga ik zoveel mogelijk informatie over de toepassing van AI opslurpen en over nog veel meer interessante onderwerpen, om natuurlijk ook aan jullie weer te vertellen.
Ben je ook in Perugia volgende week en vind je het leuk om een aperitivo te drinken? Stuur me een mailtje!
PS Ik ben gestopt met de wekelijkse draadjes met toffe artikelen op Twitter, want ik vind Twitter echt steeds minder fijn. Daarom doe ik het nu op LinkedIn!
Vorige edities van De Nieuwe Lezer
👉🏻 Slimme stukken over ChatGPT