Het publiek moet in het middelpunt van de journalistiek komen te staan. In De Nieuwe Lezer leg ik uit hoe iedereen op een redactie hier aan bij kan dragen.
“Fundamentally, people will use media that help them be who they want to be, do what they want to do, and showcase a version of who they are and of what they do that they like. “
- Rasmus Kleis Nielsen
Heb je vragen, opmerkingen of aanvullingen over of op deze nieuwsbrief? Mail!
Voor we beginnen: over twee weken woon ik het International Journalism Festival bij in Perugia! Ben je er ook en vind je het leuk om wat af te spreken? Laat het weten!
Mijn collega Christopher (uitgever van C.Tru) en ik waren vorige week op bezoek aan de VU. Bachelor- en masterstudenten journalistiek hadden voor ons onderzoek gedaan naar de betaalbereidheid van jongeren en hun houding ten opzichte van journalistiek en de rol ervan in de samenleving.
Uit het onderzoek van de masterstudenten bleek, zoals andere onderzoeken ook al hadden aangetoond, dat jongeren de waarden van kwaliteitsjournalistiek delen: ze vinden betrouwbaarheid, objectiviteit en transparantie belangrijk. Ook bleek uit hun onderzoek dat de identiteit en professionaliteit van grote merken bijdragen aan de waardering: bekende merken zoals de NOS worden als betrouwbaar gezien omdat ze zo'n grote aanhang hebben op sociale media.
Over de waardering van de rol van de journalistiek hoeven we ons in ieder geval geen zorgen te maken; daar gaan we de oplossing voor het Mysterie van het Missende Puzzelstukje niet vinden.
Kernwaarden overbrengen
Waar echter nog terrein te winnen valt, is het duidelijk maken van de kernwaarden aan het publiek en het verbeteren van de vindbaarheid. Hier ligt een uitdaging voor journalistieke organisaties: titels slagen er niet in om hun waarden duidelijk over te brengen aan jonge mensen. Je zou toch zeggen dat het niet zo ingewikkeld is, maar het lijkt wel alsof nieuwsorganisaties het niet belangrijk vinden of het moeilijk vinden om te vertellen waar ze voor staan. Je moet altijd maar een beetje tussen de regels door lezen wat de journalistieke waarden van de organisaties zijn.
Maar door de verscheidenheid in het aanbod van redacties en de manier waarop de journalistiek geconsumeerd wordt (per productie, niet meer als krant in een keer), is dat voor de nieuwsconsument niet duidelijk. Alsof Coolblue zou zeggen: je ziet toch wel aan onze producten wat onze missie is?
Goed, dat brengt mij bij dit hele interessante artikel van Mattia Peretti. Hij is een 2024 ICFJ Knight Fellow en hij onderzoekt hoe generatieve AI gebruikt kan worden door nieuwsorganisaties om gemeenschappen beter van dienst te kunnen zijn. Maar hij kwam er na een paar weken achter dat zijn probleemstelling wat mankeerde. Want, zo schrijft hij: "we can't make our industry more sustainable without radical new solutions and creating products that users actually want. The role AI might play in creating them is somewhat irrelevant."
Radicale oplossingen
Eigenlijk is het heel logisch, maar we kunnen pas AI gaan gebruiken als we goed weten wie we willen zijn en wat we willen doen. AI wordt vaak neergezet als een manier om processen rondom maken te stroomlijnen, eindredactie en koppen verzinnen: hartstikke handig. Maar het draagt voornamelijk bij aan het maakproces. Daarover schrijft Peretti:
“We must embrace once and for all a fundamental mindset shift: what we do may be to create content but our mission is not to create content. Too often we forget about this distinction and that makes it much harder to think creatively about our mission and the best way to deliver on it. Because creating more content is not the only way to do it; often it’s even the opposite of what we should do.”
Produceren is wat we doen, maar het is niet waarvoor we op aarde zijn. Op redacties is men zo druk aan het produceren dat het weinig gaat over: waarom doen we dit eigenlijk? Tegelijkertijd zijn veel problemen waarmee de journalistiek te maken heeft direct gerelateerd aan datgene wat we maken: nieuwsvermijding, afname van nieuwsconsumptie en nieuwsinteresse en - de aanleiding van deze zoektocht naar de vindplaats van Het Mysterie van het Missende Puzzelstukje - het verschijnsel dat jongeren ondanks hun hoge mediaconsumptie niet meer aan journalistiek doen.
“We have to grant ourselves the opportunity to imagine entirely new products and news experiences without feeling constrained by the way things are and might have always been, and by the urgency to immediately build something profitable because we are in constant crisis mode.”
Dit was voor mij ook een reality check: als we het hebben over wat we met C.Tru gaan doen, gaat het gelijk over: video's, formats, WhatsApp-kanalen, nieuwsbrieven en meer. En het is ook niet zo vreemd en we moeten ook zeker journalistiek gaan maken, maar het is wel goed om bij stil te staan dat het misschien niet altijd het probleem van ons publiek oplost of onze missie helpt te verwezenlijken.
We kunnen dus wel allerlei handige AI-tools gaan gebruiken om sneller en meer journalistiek te maken of om vragen te kunnen stellen. Maar is dat waar het publiek op zit te wachten en past het goed bij onze missie? Misschien wel, maar laten we dat eerst even checken. En daar zit wellicht weer een aanwijzing die ons dichterbij het oplossen van het Mysterie van het Missende Puzzelstukje brengt!
Over twee weken zit ik dus in Perugia voor het International Journalism Festival, dus verschijnt er geen editie van De Nieuwe Lezer. Om het goed te maken, zal ik de volgende editie volstoppen met de interessante dingen die ik ongetwijfeld ga leren van de collega’s in de panels van het IJF!
Vorige edities van De Nieuwe Lezer
👉🏻 Kan journalistiek ons ook beter laten voelen?